Rigoureuze wijziging Kieswet moet lokale democratie redden
Je hoeft geen politiek duider van beroep te zijn om te concluderen dat gemeenteraadsverkiezingen al jaren gaan over Haagse programma’s en imago’s. Het gevolg? Te veel kiezers stemmen op een logo of een merk in plaats van een concrete visie met oplossingen voor lokale problemen en uitdagingen. Dat moet anders.
Hoe?
Verbied landelijke partijen mee te doen aan de gemeenteraadsverkiezingen.
De slimme en strategische Haagse partijmarketing is helaas geen detailfout, maar een structureel probleem voor de lokale democratie. Landelijke partijen gebruiken tijdens de gemeenteraadsverkiezingen gretig hun merknaam, campagnekracht en partijkas om lokale afdelingen te laten scoren. Landelijke kopstukken reizen het land door voor debatten en Instagram- en X-selfies, terwijl ze geen idee hebben wat er lokaal in de dorpen, wijken en kernen speelt.
Daarom is het voorstel: laat politieke partijen niet meer meedoen onder hun landelijke naam. Lokale afdelingen kiezen (verplicht) een eigen, neutrale naam en identiteit. Het merk ‘VVD’, ‘CDA’ of “GroenLinks/Pvda’ verdwijnt van het gemeentelijke stembiljet.
Overgangsperiode
Eerlijk is eerlijk: de effecten daarvan zie je niet meteen in één verkiezingscyclus. Kiezers, partijen en media zullen aan het nieuwe speelveld moeten wennen. In zo’n overgangsperiode zullen connecties tussen lokale afdelingen en hun voormalige landelijke moederpartijen er misschien nog wel zijn, maar PR-technisch wordt die band steeds zwakker. Uiteindelijk verdwijnt de landelijke invloed en dát is precies het doel van deze hervorming: eerlijkere verkiezingen.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft overigens eerder vastgesteld dat er bovendien sprake is van structurele ongelijkheid tussen lokale partijen en lokale afdelingen van landelijke partijen, met name op het gebied van middelen en ondersteuning.
Een voorbeeld: bij het bouwen en onderhouden van een website hangt een lokale afdeling vaak aan de faciliteiten van de landelijke partij — van kant-en-klare huisstijl tot webdesign en hosting — zonder daar veel of zelfs helemaal geen kosten voor te maken. Een zelfstandige lokale partij moet daarentegen zélf investeren in een huisstijl, website en onderhoud.
In het bedrijfsleven noemen we dit oneerlijke concurrentie.
De voordelen van dit plan:
-
- Minder Haagse sturing
Lokale fracties hoeven geen landelijk partijprogramma te verdedigen dat slecht past bij lokale realiteiten. Het lokale debat kan én zal gaan over waarover het moet gaan. Punt.
- Minder Haagse sturing
-
- Er ontstaat een eerlijker speelveld.
Nu krijgen lokale afdelingen van landelijke partijen vaak financiële steun uit de landelijke partijkassen. Stop die geldstroom en laat iedere partij — of voormalige lokale afdeling — zijn eigen broek ophouden. Of, richt een landelijke subsidiepot in waar álle lokale partijen onder gelijke voorwaarden aanspraak op kunnen maken, met een bedrag dat bijvoorbeeld deels afhangt van de omvang van de gemeente. Iedere deelnemende politieke partij wordt dan écht gelijk behandeld.
- Er ontstaat een eerlijker speelveld.
-
- Minder cynisme bij kiezers
Het bekende “Waarom zou ik nog stemmen? Politici luisteren toch nooit” is vooral een reactie op het gedoe in Den Haag. Door de landelijke politiek los te koppelen van de lokale verkiezingen, kan dat verwijt niet langer op de lokale afdelingen worden afgeschoven. Minder last voor (kandidaat)-raadsleden en bestuurders! En voor hen tegelijkertijd dus ook een enorme kans. Dat zal het vertrouwen in de gemeenteraad herstellen en de opkomst verhogen.
- Minder cynisme bij kiezers
-
- Beter debat
Zet iemand straks als nummer 8 op de lijst, dan moet die het vertrouwen van de kiezer winnen op inhoud, debatvaardigheden en lokale kennis. De nummer 8 kan niet meer leunen op het landelijke merklogo en de gewiekste Haagse marketing.
- Beter debat
Diversiteit binnen de partijen omhoog
Vanzelfsprekend kan elk lokaal raadslid of bestuurder lid blijven van een landelijke partij. Dat is prima. Wie landelijke ambities heeft, bouwt via de gemeenteraad of het gemeentebestuur gewoon nog steeds een sterk CV op. Alleen het stembiljet verandert; de kansen blijven.
Bovendien doorbreekt dit plan de automatische koppeling die nu bestaat: lid zijn van een lokale VVD betekent niet langer automatisch een lidmaatschap van de landelijke VVD. Een lokale partij met een nieuwe naam kan volledig zelfstandig leden werven en haar eigen koers bepalen. Dat stimuleert bovendien meer diversiteit aan meningen binnen lokale partijen met als grootste voordeel: een versterking van het interne debat! En dát is een impuls voor de ideeën die er zijn en de kwaliteit van elk verkiezingsprogramma.
Debat moet terug naar de kern
Dit plan vraagt vanzelfsprekend om rigoureuze (Kies)wet- en grondwetswijzigingen, Uiteraard is dat geen gemakkelijke route maar het (durven!) herschrijven van de democratische spelregels is de enige manier om een wedstrijd – want dát zijn de verkiezingen! – weer eerlijker te maken én de lokale democratie te herstellen.
Het debat, juist op lokaal niveau, moet namelijk terug naar zijn kern: mensen uit dezelfde gemeenschap die elkaar bevragen over wat er hier en nu nodig is. Geen Haagse bluf, wel lokale inhoud. Met dat nieuwe gelijke speelveld winnen niet alleen de lokale partijen, maar ook de kiezers. Het debat wordt zuiverder, daardoor besluitvorming eerlijker en de afstand tussen burger en bestuur kleiner.
De gemeenteraad wordt weer een plek waar inwoners en hun vertegenwoordigers samen de koers van hun eigen woonomgeving bepalen, vrij van Haagse steun, Haagse marketing en Haags gekonkel.
Opinie is geschreven door Jerry Helmers, CDO en co-founder van Dé Nederlandse Debatclub